Monumentaal
Al meer dan tien jaar woon in in Amsterdam, en nog blijf ik me verbazen over de schoonheid. Nee, ik bedoel niet de schone straten, want dat valt soms vies tegen. Ik heb het over de prachtige huizen en kerken in de binnenstad. Gisteren was het Monumentenweekend, en ik heb ontdekt dat het buitengewoon plezierig is dan van grachtenpand tot -pand even binnen te gaan en je te vergapen aan de grote kamers met uitbundige kroonluchters, kleurig beschilderde plafonds, zware trapleuningen en gebeeldhouwde decoraties aan de muur. En soms ook nog eens een binnentuin waar je u tegen zegt. Je zou in zo een paleisje haast vergeten dat je midden in de stad zit. Gelijk kreeg ik het angstbeeld voor me dat eronder men met een tunnelboor in de weer was voor de Noord zuidlijn… en dat dit juweeltje met 23 cm zou verzakken. Net als echt is gebeurd met allerlei huizen ongeveer 500 m zuidelijker aan de Vijzelgracht. Dan denk je… hoe kom je erop om gigantische tunnel te boren, op zo’n instabiele bodem. Wel gaaf als ie er eenmaal ligt, een spic and span metrolijn…kan ik lekker makkelijk naar Noord (wil ik daar heen dan?). Maar zijn deze bouwplannen niet op drijfzand gebouwd? Laten we hopen dat het niet helemaal als een kaartenhuis inzakt.
Goed, monumentendag. Jammer is alleen dat het soms wel erg druk wordt met al die bezoekers. “Is dit huis te koop of zo?” zo vroeg gisteren een jongen in het engels aan de gids, een het monumentale pand Herengracht nr 454, in de Gouden bocht. “er zijn zoveel mensen hier”. Ik moest glimlachen. Grappig dat hij dat dacht. Het was namelijk afgeladen vol. Alsof zoveel Amsterdammers tot de kapitaalkrachtige elite behoren. Recessie? Niks daarvan, even naar de kijkdag. Maar goed, de gids met de badge legde enthousiast uit in zijn beste engels wat “Monument-day” nu precies was. De jongen kwam uit de Oekraine, en zijn hoogbenige vriendin zag ik daarna in het buurpand ook weer terug. Toch leuk zo een dagje Amsterdam.
De tocht bracht me ook in Keizergracht 177, een ongewoon breed gebouw, waar de bekende organisatie Amnesty huist. Ik wilde wel eens zien van waaruit de mensenrechten in de hele wereld worden gevolgd (en veroordeeld). Het pand bleek van binnen niet erg spectaculair, modern verbouwd en zonder verdere toegang naar boven. Maar wel hadden ze weer een onvermijdelijke handtekeningenactie. Ach, helemaal niet erg, zou ik ook doen,met zo veel bezoekers. De vrouw achter de tafel wees me op de onverkwikkelijke toestand in Eritrea waar gevangenen bij gebrek aan behoorlijke bajes, nu in containers en holen worden gegooid. En zonder proces! Erbarmelijk ja, en ik zette gelijk mijn handtekening. Ik zei dat ik het nog niet in het nieuws had gehoord maar dat ik sowieso weinig hoor over dat land. Maar wel degelijk weet ik dat het niet helemaal goed zit met de vrijheid daar. En arm is het ook al. Dus ik kon het me voorstellen, van die gevangenen. De volgende persoon was echter minder begripvol. “ik doe nooit mee aan dit soort acties”. Hij leek tamelijk vastbesloten. “Het helpt toch niet, je zou beter je zieke moeder kunnen helpen, doe je veel meer goed”. De vrouw achter de tafel probeerde het nog een keer: “ja maar het helpt echt… en baat het niet, dan schaadt het niet. Of doe het alleen voor mij dan…”. Ja, als je dat argument van stal moet halen. Maar het werkte. Hij zette zijn handtekening. Hij beende weg, vast om voor zijn zieke moeder zorgen.
Gelijk legde ze me uit dat deze acties echt wel helpen… ze hadden net gehoord dat een oezbeekse vrouw vrij was gelaten, door, nou ja, MEDE door de ladingen brieven die waren geschreven door ijverige Amnesty vrijwilligers. Ik wilde het graag geloven. Ik kreeg als dank wat oezbeekse pinda’s aangeboden. Er was immers wat te vieren. Zo werd mijn monumentendag met recht een bijzondere dag. Wie weet wat mijn handtekening zal teweegbrengen…