Woestijn

november 23, 2014 0 Door Guido Hulshoff

Vandaag werden we opgeschrikt door een terroristische aanslag in Kenya. Islamitische militanten kaapten een bus die van de grens van Somalie  op weg was naar Nairobi. Ze schoten 28 niet-moslims dood. Daar gaan rillingen van over je rug. Het geeft aan dat Kenya nog steeds ernstig te kampen heeft met  moslimterroristen. Het geeft ook aan dat Somalie ook nog lang niet uit de problemen is. De militanten waren namelijk van Al-Shabaab, de Somalische tak van Al-Qaida zeg maar (maar dan net weer anders). Die waren bijvoorbeeld ook verantwoordelijk voor de aanslag op de Westgate shopping mall vorig jaar September. Het deed mij ook nadenken over hoe wij als Oxfam in Somalie werken. Laat ik dat proberen uit te leggen. Ik zit hier inmiddels een vijftal maanden als interim-finance manager. Toevallig hadden we vorige week op kantoor ook een strategiedag met het hele team. Zeg maar een soort dorpsvergadering onder een Afrikaanse boom…iedereen kon zijn bijdrage geven onder leiding van ‘the elders’… met powerpoint en computer dan. Zonder gekheid, perfect voor mij en mijn opvolger om inspiratie op te doen, waarvoor we het eigenlijk doen. Mijn opvolger ja, want mijn missie zit er hier bijna op… toch op de valreep een indruk van wat Oxfam doet in Somalie (en Somaliland/Puntland, twee afgesplitste delen, die onafhankelijk opereren).

 

Oxfam heeft programma’s in Somalie, onder andere op gebied van landbouw, inkomensverbetering, noodhulp, basisvoorzieningen en vrouwenrechten. Centraal staan de meest kwetsbaren, voor ons met name vrouwen en kinderen. Ook zijn we actief in gebieden waar Al-Shabaab aanwezig is. Nu is het dan de bus in Kenya die in het nieuws komt, maar reken maar dat ook daar regelmatig slachtoffers vallen, waar je hier niks van hoort. Kun je nagaan wat voor uitdaging en risico’s dat in zich draagt voor ons. Het roept ook dilemma’s op. Moet je hulp geven in dat soort gebieden omdat je mensen niet kunt laten stikken of geheel afzien van hulp omdat risico bestaat dat extremisten zich hulp toeeigenen?  Of hoe kun je projecten monitoren als je niet het gebied in kunt? Tot nu toe is het antwoord: ja, we moeten daar actief zijn en blijven. Natuurlijk wordt over dit soort dingen goed nagedacht voordat we ergens actief worden. Daarom werken we intensief samen met locale organisaties en volgen we de veiligheidssituatie op de voet. Er zijn in heel Somalie, ook de onveilige provincies, talrijke locale organisaties actief. Niet allen even goed natuurlijk, maar we proberen de betrouwbare en capabele clubs eruit te pikken, en ze te versterken. In nauw overleg proberen wij met hen effectieve projecten te ondernemen, gesteund door de Nederlandse overheid en internationale donoren.

 

Wij en onze partners richten ons daarbij niet alleen via deze organisaties directe (nood)hulp maar ook, en steeds meer, op lobby’s bij en beinvloeding van de overheid, zodat ze meer oog krijgen voor wat de burgers nodig hebben (publieke voorzieningen, veiligheid, minder corruptie). Anderzijds richten we ons ook op campagnes en training van locale gemeenschappen, met name vrouwen en kinderen, om ze bewust te maken van hun rechten en ze te organiseren in comite’s bijvoorbeeld om zo hun (social-economische) situatie te verbeteren op termijn. En inmiddels is er een soort van overheid waarmee dat kan, voorzover je daarvan enige structuur kan verwachten in dit soort landen. Alleen op die manier kan er namelijk pas echt iets structureel veranderen. Uitsluitend geven van goederen en geld helpt even maar op termijn niet of nauwelijks. Somalie heeft tot nu toe al het predikaat hulpverslaafd, dus versterking van hun eigen capaciteiten en ontwikkeling van goed beleid staat voorop. Hierbij zijn ‘counterveiling powers’ essentieel, dus naast een capabele en betrouwbare overheid, ook een sterke ‘civil society’ (maatschappelijk middenveld zeggen wij, zoals ontwikkelingsorganisaties, vrouwenbewegingen, burgercomités etc). En natuurlijk ook het bedrijfsleven…dat een voorwaarde is voor duurzame ontwikkeling, maar ook zich aan de regels moet houden. Kom daar in Somalie maar eens om, regels… Enig perspectief is wel dat Somaliers rasondernemers zijn, en er dus ook mensen aardig boeren, als ze de juiste kanalen weten. Je ziet dat hoofdstad Mogadishu aardig booming is en allerlei bedrijfjes opkomen. Vraag is welke rol wij daarin hebben. Bovendien is het vooral locaal, hoogstens regionaal. Ook moet je bedenken dat er op het platteland nauwelijks nieuwe ondernemingen bestaan, en alle armoede-indicatoren in het rood blijven, zo penibel is de armoede daar. Internationale investeringen zitten er natuurlijk ook nauwelijks in gezien de instabiliteit, onveiligheid en corruptie op allerlei niveaus.  Zelfs de olie in de grond is nog weinig geexploreerd om deze redenen. Dat maakt het toch erg moeilijk om snel verbeteringen te zien, zoals betere wegen, werkende nutsvoorzieingen en goed toegankelijk internet .  En goed onderwijs, waar iedereen aan deelneemt. Maar o ja, daar heb je weer een werkende en capabele overheid voor nodig en niet te veel oorlog… zucht. Daar heb je hem weer. De vicieuze cirkel.

 

Dus blijft vrees ik de afhankelijkheid van hulp van de internationale gemeenschap  en ons soort organisaties, grof gezegd: bij gebrek aan beter. Want natuurlijk moet een land op eigen benen kunnen staan en niet van hulp afhankelijk zijn. Dat blijft in dit geval nog een lange weg te gaan. Zeker nu dit soort idiote moslim-extremisten de boel zo saboteren.